Grove motoriek bij kinderen

 

Motoriek

Motoriek betekent voor kinderen het vermogen hebben om te kunnen bewegen. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen fijne en grove motoriek. Onder grove motoriek worden bewegingen bedoeld die je met heel je lichaam maakt. Zoals lopen, rennen, zwemmen, springen, fietsen, hinkelen, traplopen, gooien en vangen met ballen etc.

 

Ontwikkeling van motoriek
Grove en fijne motoriek zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Dit begint al vroeg. Om de wereld te kunnen ontdekken als baby zijnde moet je je zowel kunnen verplaatsen (grove motoriek), als kleine voorwerpen kunnen pakken, voelen en aansturen (fijne motoriek). Het proces waarin kinderen groeien binnen hun motorische vaardigheden zijn mede bepaald door genetische en medische factoren alsmede omgevingsfactoren (broertjes, zusjes, de speelmogelijkheden thuis of op school). Ook is te weinig bewegen, onzekerheid/ angst en het verminderde bewegen van kinderen in deze digitale tijd van invloed op de manier hoeveel bewegingservaring kinderen op kunnen doen.

 

Stagnatie van motorische ontwikkeling
Het is niet onbegrijpelijk dat, wanneer er een stagnatie is in de motorische ontwikkeling, dit invloed heeft op de gehele ontwikkeling van een kind. Signalen worden niet altijd op tijd opgemerkt. Het niet behalen van mijlpalen in de baby tijd is voor ouders vaak een reden om aan de bel te trekken bij de kinderfysiotherapeut. Basisschool leraren of trainers bij sportverenigingen spelen ook een rol bij het herkennen van signalen aangeven dat de ontwikkeling van grove motoriek niet leeftijdsadequaat verloopt.

 

Kinderfysiotherapie
Gelukkig is ieder kind uniek in zijn ontwikkeling en zijn sommige kinderen nu eenmaal geboren klauteraars en andere kinderen wat meer “de kat uit de boom kijk types”. Niet elk signaal is alarmerend. De kinderfysiotherapeut kan onderzoeken of er sprake is van een achterstand in grove motoriek en deze spelenderwijs behandelen.

 

Signalen

Enkele algemene signalen die kunnen duiden op problematiek in de grove ontwikkeling bij kinderen:

• Houterig bewegen
• Onhandig (stoten, vallen, dingen omgooien)
• Weinig plezier lijken te hebben in bewegen
• Opvallende houding
• Onzekerheid/ angst bij bewegen (niet durven klimmen/klauteren)
• Moeite met fine tunen in hard/ zacht bewegen
• Heel weinig spierkracht, of juist veel te veel
• Kan niet stil zitten
• Is extreem snel vermoeid
• Kan beweeg situaties niet inschatten en gaat daardoor soms te ver

 

U kunt contact opnemen uw kinderfysiotherapeut en kinderarts als u vragen heeft omtrent uw kind. Zij kunnen u hulp bieden en uitleg geven omtrent de problematiek.